1830 staat bekend als het jaar van de onafhankelijkheidsstrijd van de Belgen tegenover 'de Hollanders'. Met het script en regie van Luc Stevens wordt een spektakelmusical gebracht op het domein van het Kasteel de Merode te Westerlo. De revolutiegolf die in de 19de eeuw door Europa woedt, inspireerde destijds ook de Belgen om zich tegen de Nederlandse Koning Willem I te keren
1830 de musical: Een spectaculaire geschiedenisles op het domein van Kasteel de Merode
De cast is een mix uit Belgen en Nederlanders waarbij 'Team België' wordt vertegenwoordigd door Lucas Van den Eynde (Verzetsstrijder André), Nele Goossens (Leonie, Volkse waardin van café De Gouden Leeuw), Liesbeth Roose (Anna), Keoni Blockx (Graaf Frédéric de Merode), Leendert de Vis (Journalist Louis de Potter) en Wies de Cock als Ketje.
De Nederlandse hoofdrollen zijn voor, Guy Louis Colinet (Koning Willem I), Ruben Van Keer (Kapitein Vermeer), Richard Spijkers (Minister van Justitie) en Charlotte Verduyn als Elisabeth.
Het publiek is ingedeeld in een groep A en B. Groep A start in het Nederlands theater en krijgt de Nederlandse kijk op het geheel te zien. Koning Willem I heeft samen met de Belgen de Fransen verslagen en begrijpt niet waarom zij ondankbaar zijn. We ontdekken direct wrevel tussen Hollanders en Belgen in het Brussels paleis, wanneer de Nederlandse Kapitein Vermeer en zijn verloofde Elisabeth ruzie maken over de woonplaats na de aanstaande trouwerij. Vervolgens zien we de Nederlandse dienstmeiden samenspannen tegen de Belgische. Ook het 'multiculturele' publiek reageert anders op de grappen in de musical, wat een kracht ervan is. Zo lachen de Nederlanders als de politiek in België een chaos wordt genoemd, en de Belgen kunnen wel lachen met de gierigheid van de Nederlandse koning. De clichés en waarheden worden tevens uitvergroot in het liefdesverhaal tussen de Belgische dienstmeid en de Nederlandse Kapitein: een verboden liefde destijds door hun afkomst en hun stand (adel moet immers bij adel blijven). Een van de hoogtepunten is het liefdesduet tussen beiden, waarbij de zang ons tot ontroering brengt.
Verrassend is de muziekstijl die in enkele nummers verwerkt is. Invloeden van Pop en R&B zorgen onder ander voor een rappende Koning Willem I. Ook het ensemble past haar dansstijl aan en ware 'robotmoves' komen ten tonele, iets wat niet geheel past in het 19e-eeuwse tafereel, maar wat wel kracht uitstraalt voordat men ten strijde trekt. De dansers combineren alle dansstijlen prachtig en dansen mooi synchroon. Het geluid is over de hele musical erg goed geregeld. Het publiek heeft namelijk een eigen hoofdtelefoon, waardoor zowel de zang als de muziek zeer helder is. Dit alles brengt de kwaliteit van de musical op een nog hoger niveau.
De verschillende talen worden extra uitvergroot om het verschil nog duidelijker te maken. Zo spreekt de Nederlandse koning, samen met de rest van het Nederlandse kamp met een extra duidelijke 'harde G' en 'rollende R'. In tegenstelling tot de Vlamingen, met als hoogtepunt caféuitbaatster Leonie, die woorden als 'goesting', 'allez' en 'zwanzen' gebruiken. Men mag niet vergeten dat men in Brussel Frans spreekt en sprak, maar in deze Nederlandstalige musical wordt slechts een enkele keer een Franstalig woord gebruikt. Zoals de Hollanders in de musical het benoemden: het 'boerse' Vlaams prefereert.
Het publiek wordt omgewisseld tussen het Nederlands en Belgisch theater voor de 'andere' kijk. Door de mogelijkheid tot plaspauze en de korte wandelafstand over het domein, duurt het toch enige tijd voordat het volgende gedeelte begint. Hierdoor moet je als bezoeker toch weer even in het verhaal komen. Tijdens het wachten tussen de drie delen is een muggenafschrikmiddel wel gewenst in de openlucht. We zien in het Belgisch theater hoe het volkslied 'De Brabançonne' wordt geschreven en hoe men de frustratie omzet in verzet en opstand. Een speciale rol is weggelegd voor de dappere Graaf de Merode geflankeerd door Ketje die met de Belgen ten strijde trok. Hierbij trekt de musical de link met het kasteeldomein en de producent Simon de Merode.
We leren dat communicatie tussen beide kampen misschien veel had kunnen oplossen. De musical stelt vragen of men te snel ten strijde is gegaan en of een goed gesprek hierbij had kunnen helpen. We zullen echter enkel over het antwoord hierop kunnen fantaseren.
Als laatste komt het publiek samen voor de Apotheose. We zien de strijd van de kampen met paarden en geweren, terwijl het mooie kasteel op de achtergrond als ideaal decorstuk dient. Ook de andere onderdelen van decor zijn erg gedetailleerd. Er hoeft niets weggereden te worden aangezien het publiek wisselt, in tegenstelling tot bij vele andere musicals, in plaats van het decor. Hierdoor hebben de decorbouwers zich kunnen focussen op de look and feel van beide paleizen en Brussel in die tijd.
1830 is een prachtige en spectaculaire geschiedenisles in de vorm van een kostuumdrama met paarden, kastelen en geweren, en dit alles met een vleugje Pop en R&B. Wie deze musical graag wil zien moet snel zijn, ze loopt tot eind augustus 2021.
Door Samantha Brouwers
Fotoverslag klik HIER
De Nederlandse hoofdrollen zijn voor, Guy Louis Colinet (Koning Willem I), Ruben Van Keer (Kapitein Vermeer), Richard Spijkers (Minister van Justitie) en Charlotte Verduyn als Elisabeth.
Het publiek is ingedeeld in een groep A en B. Groep A start in het Nederlands theater en krijgt de Nederlandse kijk op het geheel te zien. Koning Willem I heeft samen met de Belgen de Fransen verslagen en begrijpt niet waarom zij ondankbaar zijn. We ontdekken direct wrevel tussen Hollanders en Belgen in het Brussels paleis, wanneer de Nederlandse Kapitein Vermeer en zijn verloofde Elisabeth ruzie maken over de woonplaats na de aanstaande trouwerij. Vervolgens zien we de Nederlandse dienstmeiden samenspannen tegen de Belgische. Ook het 'multiculturele' publiek reageert anders op de grappen in de musical, wat een kracht ervan is. Zo lachen de Nederlanders als de politiek in België een chaos wordt genoemd, en de Belgen kunnen wel lachen met de gierigheid van de Nederlandse koning. De clichés en waarheden worden tevens uitvergroot in het liefdesverhaal tussen de Belgische dienstmeid en de Nederlandse Kapitein: een verboden liefde destijds door hun afkomst en hun stand (adel moet immers bij adel blijven). Een van de hoogtepunten is het liefdesduet tussen beiden, waarbij de zang ons tot ontroering brengt.
Verrassend is de muziekstijl die in enkele nummers verwerkt is. Invloeden van Pop en R&B zorgen onder ander voor een rappende Koning Willem I. Ook het ensemble past haar dansstijl aan en ware 'robotmoves' komen ten tonele, iets wat niet geheel past in het 19e-eeuwse tafereel, maar wat wel kracht uitstraalt voordat men ten strijde trekt. De dansers combineren alle dansstijlen prachtig en dansen mooi synchroon. Het geluid is over de hele musical erg goed geregeld. Het publiek heeft namelijk een eigen hoofdtelefoon, waardoor zowel de zang als de muziek zeer helder is. Dit alles brengt de kwaliteit van de musical op een nog hoger niveau.
De verschillende talen worden extra uitvergroot om het verschil nog duidelijker te maken. Zo spreekt de Nederlandse koning, samen met de rest van het Nederlandse kamp met een extra duidelijke 'harde G' en 'rollende R'. In tegenstelling tot de Vlamingen, met als hoogtepunt caféuitbaatster Leonie, die woorden als 'goesting', 'allez' en 'zwanzen' gebruiken. Men mag niet vergeten dat men in Brussel Frans spreekt en sprak, maar in deze Nederlandstalige musical wordt slechts een enkele keer een Franstalig woord gebruikt. Zoals de Hollanders in de musical het benoemden: het 'boerse' Vlaams prefereert.
Het publiek wordt omgewisseld tussen het Nederlands en Belgisch theater voor de 'andere' kijk. Door de mogelijkheid tot plaspauze en de korte wandelafstand over het domein, duurt het toch enige tijd voordat het volgende gedeelte begint. Hierdoor moet je als bezoeker toch weer even in het verhaal komen. Tijdens het wachten tussen de drie delen is een muggenafschrikmiddel wel gewenst in de openlucht. We zien in het Belgisch theater hoe het volkslied 'De Brabançonne' wordt geschreven en hoe men de frustratie omzet in verzet en opstand. Een speciale rol is weggelegd voor de dappere Graaf de Merode geflankeerd door Ketje die met de Belgen ten strijde trok. Hierbij trekt de musical de link met het kasteeldomein en de producent Simon de Merode.
We leren dat communicatie tussen beide kampen misschien veel had kunnen oplossen. De musical stelt vragen of men te snel ten strijde is gegaan en of een goed gesprek hierbij had kunnen helpen. We zullen echter enkel over het antwoord hierop kunnen fantaseren.
Als laatste komt het publiek samen voor de Apotheose. We zien de strijd van de kampen met paarden en geweren, terwijl het mooie kasteel op de achtergrond als ideaal decorstuk dient. Ook de andere onderdelen van decor zijn erg gedetailleerd. Er hoeft niets weggereden te worden aangezien het publiek wisselt, in tegenstelling tot bij vele andere musicals, in plaats van het decor. Hierdoor hebben de decorbouwers zich kunnen focussen op de look and feel van beide paleizen en Brussel in die tijd.
1830 is een prachtige en spectaculaire geschiedenisles in de vorm van een kostuumdrama met paarden, kastelen en geweren, en dit alles met een vleugje Pop en R&B. Wie deze musical graag wil zien moet snel zijn, ze loopt tot eind augustus 2021.
Door Samantha Brouwers
Fotoverslag klik HIER
